Spring naar inhoud

De Heilige Charbel – monnik en kluizenaar

Op 8 mei 1828 werd in het bergdorp Biqa-Kafra in Libanon, Youssef Antoun Makhlouf geboren, de jongste van vijf kinderen, van Antoun Zaarour Makhlouf en Brigitta Chidiac. Zijn vader stierf reeds in 1831, maar zijn moeder hertrouwde. Youssef werd opgegroeid in een vroom gezin, en werd getrokken tot de levens van de heiligen en het kluizenaarsleven, wat door twee van zijn ooms reeds werd gepraktiseerd. Als een kleine jongen was hij verantwoordelijk voor de zorg voor de kudde van de familie. Hij nam de kudde mee naar een nabijgelegen grot, waar hij een icoon van Onze Lieve Vrouw had geïnstalleerd. Hij bracht daar dan de dag door in gebed.

Op 23-jarige leeftijd ging hij het klooster binnen van Onze Lieve Vrouw van Libanon (ten noorden van Byblos) waar hij een novice werd en de naam Charbel ontving. Na twee jaar noviciaat, werd hij in 1853 naar het klooster van St. Maron gezonden, waar hij zijn kloostergeloften van armoede, kuisheid en gehoorzaamheid uitsprak.

Charbel werd vervolgens overgeplaatst naar het klooster van Kiffan, waar hij filosofie en theologie studeerde. Zijn priesterwijding vond plaats in 1859, waarna hij terug werd gestuurd naar het klooster van St. Maron. Zijn leraar voorzag hem van een goede educatie, en voedde hem met een diepe liefde voor het monastieke leven. Tijdens zijn 16 jaar in het St. Maronklooster, voerde Charbel zijn priesterlijke taken en kloosterplichten uit op een stichtende wijze. Hij wijdde zich totaal toe aan Christus, met een onverdeeld hart, en verlangde in stilte te leven vóór God.

In 1875 werd Charbel te toelating gegeven om als kluizenaar te leven op een heuvel nabij het klooster, in de Sint-Petrus-en-Pauluskluis. Zijn overige 23 jaar van eenzaam leven, werden geleefd in een geest van totale overgave aan God. Charbels gezellen in de kluis waren de Zoon van God, die hij ontmoette in de H. Schriften en in de Eucharistie, en de Heilige Maagd. De Eucharistie werd het centrum van zijn leven. Hij consumeerde het Brood des Levens, en werd erdoor geconsumeerd. Hoewel de kluizenaar geen plaats in de wereld had, had de wereld een grote plaats in zijn hart. Doorheen gebed en boete offerde hij zichzelf op, als een offerande, zodat de wereld zou terugkeren naar God.

Het is in dit licht dat men het belang van het volgend Eucharistisch gebed ziet in zijn leven: “Vader van de Waarheid, aanschouw Uw geofferde Zoon, die U welgevallig is, aanvaard het offer van Hem die stierf voor mij…”

Op 16 december 1898, terwijl hij het “Vader van de Waarheid” gebed bad in de Heilige Liturgie, kreeg Charbel een beroerte. Hij stierf op Kerstavond, op de leeftijd van 70 jaar.

De mensen zagen nooit zijn gezicht toen hij in leven was. Hij hield altijd zijn hoofd naar beneden in de kerk, tijdens het werk of toen hij aan het wandelen was. Hij keek altijd naar de grond. Hij hief zijn ogen enkel op naar de hemel. Toen hij in de kerk was, was hij altijd gericht naar het altaar met zijn ogen gefixeerd op het tabernakel. En toen hij stierf en neerlag, en zijn gezicht opwaarts keek, waren zijn ogen gesloten. Hij keek naar niemand, net zoals tijdens zijn leven.

De nacht van zijn overlijden ging één van de monniken naar de kerk om het Allerheiligste te bezoeken. Het lichaam van vader Charbel lag vóór het altaar. De monnik zag een lichtstraal uitgaan van de deur van het tabernakel, cirkelen rond het lichaam van Vader Charbel en dan terug naar het tabernakel. Toen hij begraven was zagen velen een fel licht uitgaan van zijn graf, welke dan in het klooster rondzweefde en terugkeerde naar het graf. Toen na enkele maanden opnieuw een licht gezien was, openden zijn oversten het graf en vonden ze het lichaam van Charbel ongeschonden. Toen begon er ook een bloedachtige vloeistof te vloeien van zijn lichaam. In 1950 en 1952, dus ongeveer een halve eeuw na zijn overlijden, was zijn lichaam nog steeds intact, en hij zag eruit alsof hij nog leefde. Toen men in 1976 het graf opnieuw opendeed was zijn lichaam wel vergaan: men vond enkel een geraamte.

Sinds zijn overlijden zijn er talloze mirakels en genezingen gebeurd op zijn voorspraak.

Zijn graf in Libanon:

Een schaalmodel van zijn graf met enkele relieken in, en een doek met vocht dat van zijn lichaam kwam na zijn dood, in de kapel van het klooster van St-Charbel in Bois-Seigneur-Iscaac (waar ook het Eucharistisch mirakel van aldaar wordt bewaard):

 

Een film over zijn leven:

 

Bron: http://www.charbel.org/saint/charbel/life/3lights.asp

1 reactie »

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.